Hoe goed is jouw rekenvaardigheid?

 Hieronder zie je een rekensom staan, klaar om opgelost te worden.
 

Antwoord:

De volgorde waarin je een berekening uitvoert is:
1. (haakjes)
2. machtsverheffen en worteltrekken, in de volgorde van de opgave
3. vermenigvuldigen en delen, in de volgorde van de opgave
4. optellen en aftrekken, in de volgorde van de opgave
Het antwoord op deze rekensom is dus: C (50)
 

"Meneer van Dalen wacht op antwoord"

Veel mensen maken gebruik van het ezelsbruggetje “Meneer van Dalen wacht op antwoord”. Deze zin is tot ver in de 20e eeuw gebruikt om rekensommen op te lossen. Alleen dit ezelsbruggetje klopt niet meer helemaal, aangezien optellen en aftrekken gelijkwaardig zijn en vermeningvuldigen en delen ook gelijkwaardig zijn tegenwoordig.
 

Hoe zit het nu?

Om een rekensom op de juiste manier op te lossen moeten we de volgende volgorde aanhouden:

 

Eerste berekenen we dat wat tussen haakjes staat 

Voorbeeld:
Als een deel van een opgave tussen haakjes staat, moet dat gedeelte eerst worden uitgerekend.
Vergelijk de uitkomsten in de tabel hieronder met de uitkomsten ernaast, waar geen haakjes gebruikt zijn. Je zult zien dat de haakjes een belangrijk verschil maken!
 

Opgaven met haakjes			Opgaven zonder haakjes
14 – (5 + 6) =	14 – 11 = 3		14 – 5 + 6 =	9 + 6 = 15
8 x (2 + 2) =	8 x 4 = 32		8 x 2 + 2 =	16 + 2 = 18
(40 – 30) : 2 =	10 : 2 = 5		40 – 30 : 2 =	40 – 15 = 25
12 : (3 x 4) =	12 : 12 = 1		12 : 3 x 4 =	4 x 4 = 16

 

Dan machtsverheffen en worteltrekken

Voorbeeld:
Machtsverheffen heeft voorrang op vermenigvuldigen, delen, optellen, aftrekken.
22 x 5 =    4 x 5 = 20
32 + 23 =   9 + 8 = 17

Worteltrekken heeft voorrang op vermenigvuldigen, delen, optellen, aftrekken.
√16 + √64 =  4 + 8 = 12 
 

 

Dan vermenigvuldigen en delen

Vermenigvuldigen en delen hebben voorrang boven optellen en aftrekken.

8 + 3 x 3 = ?

Hier heeft de vermenigvuldiging voorrang!

Eerst reken je uit: 3 x 3 = 9 en daarna 8 + 9 = 17.

Nog een paar voorbeelden. De bewerking die voorrang heeft staat dik gedrukt.
9 + 10 : 2 =         9 + 5 = 14
80 - 6 x 6 =         80 - 36 = 44
24 - 10 : 5 =        24 - 2 = 22
16 : 2 x 5 =         8 x 5 = 40
 

Tot slot optellen en aftrekken

Optellen en aftrekken gaat van links naar rechts.

Bijvoorbeeld:
20 - 3 + 7 = ?

Eerst reken je uit: 20 - 3 = 17 en daarna: 17 + 7 = 24.

Je doet deze bewerkingen dus van links naar rechts, in de volgorde zoals ze in de opgave staan.
 

 

En zo eenvoudig is het!

Wil je nog meer oefenen met rekensommen? Speel dan onze brain games Bubl en Operator. Bij deze brain games moet je de sommen in de opstijgende luchtbellen of een schoolbord zo snel mogelijk op lossen. Twee geweldige brain training oefeningen om je rekenvaardigheid mee te verbeteren!